Casus
Een 63-jarige man werd door de handchirurg verwezen naar de polikliniek Reumatologie vanwege een sinds 6 maanden bestaande kromme linkerhand. Bij lichamelijk onderzoek zagen we een hand met de metacarpofalangeale (MCP) gewrichten in flexiestand, neiging tot hyperextensie van de proximale interfalangeale (PIP) en distale interfalangeale (DIP) gewrichten, en een hoge tonus (figuur). Er waren geen tekenen van artritis. Passieve extensie was – met moeite – mogelijk maar niet volledig. Echografie toonde intacte extensorpezen. Verder viel een verminderde mimiek op en een tandradfenomeen aan beide enkels. Hierdoor dachten we aan handafwijkingen die passen bij de ziekte van Parkinson. De neuroloog…
Reacties