Casus
Een 31-jarige vrouw (gravida 2, abortus 1) meldde zich op de polikliniek vanwege afwezigheid van kindsbewegingen bij een zwangerschapsduur van 37 weken. Haar zwangerschap werd gecontroleerd in de 2e lijn vanwege venlafaxinegebruik bij een depressieve stoornis. De zwangerschap was tot dan toe probleemloos verlopen. Bij echografisch onderzoek werd intra-uteriene vruchtdood vastgesteld. De bevalling werd ingeleid met misoprostol, waarna zij spontaan beviel van een zoon van 2755 g. Na de geboorte van de placenta werd een strangulatie van de navelstreng door een amnionstreng gezien (figuur). Genetisch onderzoek en obductie van de neonaat toonden geen afwijkingen. Bij pathologisch onderzoek van placenta…
Reacties