Zie ook de artikelen op bl. 489 en 491.
Inleiding
In januari 1985 werd door het Centraal Begeleidingsorgaan voor de Intercollegiale Toetsing een consensus-bijeenkomst gehouden over de diagnostiek van de solitaire schildkliernodus.1 Toen werd de ervaring in Nederland met cytologisch onderzoek van schildkliernoduli nog te beperkt gevonden om dit al de belangrijkste plaats toe te kennen in het stroomdiagram voor de diagnostiek van nodulaire schildklierafwijkingen. Sindsdien heeft dit onderzoek steeds meer toepassing gevonden. Daarom werd in maart 1987 het belang van verschillende onderzoeken opnieuw getoetst op een consensus-bijeenkomst waarop ook de behandeling van patiënten met een gedifferentieerd (papillair of folliculair) schildkliercarcinoom is besproken.
Diagnostiek van nodulaire schildklierafwijkingen
Gedifferentieerde schildkliercarcinomen doen zich meestal als nodulaire afwijkingen voor. De moeilijkheid is patiënten met dergelijke kwaadaardige aandoeningen te selecteren uit de grote groep van patiënten met schildkliernoduli, zodat patiënten met benigne noduli niet nodeloos geopereerd worden. Schildkliernoduli komen bij minstens 4…
Reacties