Samenvatting
Doel
Beschrijven van diagnostiek en behandeling van halskliermetastasen van plaveiselcelcarcinoom in het hoofd-halsgebied zonder bekende primaire tumor.
Opzet
Retrospectief, beschrijvend.
Patiënten en methoden
In 1979/'98 waren 39 patiënten (30 mannen en 9 vrouwen) behandeld voor halskliermetastasen van een plaveiselcelcarcinoom met onbekende primaire tumor. De gemiddelde leeftijd was 59 jaar (uitersten: 39-88). Protocollair ondergingen de patiënten een kno-onderzoek, radiodiagnostisch onderzoek en, indien mogelijk, een onderzoek onder narcose van de bovenste lucht- en voedselweg. Behandeling bestond in principe uit een halsklierdissectie gevolgd door bestraling van hals en laryngofaryngeale as. Gegevens werden verzameld door statusonderzoek. Met de Kaplan-Meier-methode werd berekend hoeveel patiënten na 5 jaar locoregionaal geen recidief hadden en hoeveel nog in leven waren.
Resultaten
Tussen het begin van de symptomen en de presentatie in ons instituut bestond een mediaan interval van 13 weken (uitersten: 3-100). Voorafgaande diagnostiek naar de primaire tumor was heterogeen. De meerderheid (37/44; 84) van de halskliermetastasen was gelokaliseerd in niveaus II en III. De N-status was als volgt: N1 (6), N2 (14), N3 (19). Na therapie werd bij 2 patiënten een primaire tumor gediagnosticeerd, respectievelijk na 20 en 37 maanden, bij beiden in niet-bestraald gebied. Het locoregionale recidiefvrije 5-jaarsinterval was 66. De actuariële 5-jaarsoverleving was 52. Er was een statistisch significante relatie tussen de overleving en de uitgebreidheid van de kliermetastasering in de hals.
Conclusie
Een vroegtijdige behandeling van halskliermetastasen van onbekende primaire tumoren heeft een gunstige invloed op de overleving. Bestraling van de laryngofaryngeale as lijkt het risico van uitgroei van een occulte primaire tumor tot een minimum te beperken.
Reacties