Casus
Een 42-jarige gravida VIII, para VII werd verwezen in verband met een liggingsafwijking van haar aterme foetus (figuur a). Het was onbekend wanneer zij haar laatste menstruatie had gehad. Zwangerschapscontroles hadden plaatsgevonden volgens het nationale schema van Namibië. Behoudens de onduidelijke termijn en de afwijkende ligging waren er geen bijzonderheden gevonden; er was een duidelijke foetale hartactie. Twee dagen vóór opname had patiënte lichte buikpijnklachten en vaginaal bloedverlies gehad. Bij lichamelijk onderzoek werd de afwijkende ligging bevestigd en waren er gemakkelijk te palperen kindsdelen. Bij vaginaal onderzoek was de cervix gesloten. Echografisch werd een intra-abdominale zwangerschap vermoed…
Reacties