De standaard 'Cholesterol' (eerste herziening) van het Nederlands Huisartsen Genootschap; reactie vanuit de huisartsengeneeskunde

Opinie
W.J.H.M. van den Bosch
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2000;144:404-7
Abstract

De eerste herziening van de standaard ‘Cholesterol’ is door de meeste huisartsen in positieve zin verwelkomd. Het beleid rond de opsporing, diagnostiek en behandeling van vetstofwisselingsstoornissen is in het verleden nogal eens veranderd. Tot voor 10 jaar was de aandacht in de huisartspraktijk voor vetstofwisselingsstoornissen minimaal. In een onderzoek begin jaren tachtig, waarbij in een aantal huisartspraktijken gescreend werd op risicofactoren voor hart- en vaatziekten, bleek een jaar na de screening bijna geen enkele patiënt met een aangetoonde hypercholesterolemie daarvoor nog gezien te worden door de huisarts.1 De introductie van de statinen gaf een geheel andere dynamiek. Vooral onder druk van de industrie werd er, redelijk lukraak, gescreend. Screeningsteams, geïnitieerd door de industrie, overrompelden huisartspraktijken en leverden substantiële aantallen kandidaten voor behandeling met statinen. Achtereenvolgens kregen huisartsen adviezen om te varen op de totaalcholesterolconcentratie, de ‘low-density’-lipoproteïne(LDL)-cholesterolconcentratie, de ‘high-density’-lipoproteïne(HDL)-cholesterolconcentratie en de totaalcholesterol-HDL-cholesterolratio, voorwaar geen langdurig consistent beleid.

De eerste standaard…

Auteursinformatie

Katholieke Universiteit Nijmegen, vakgroep Huisarts-, Sociale en Verpleeghuiskunde, Postbus 9101, 6500 HB Nijmegen.

Zie ook de artikelen op en

Contact Prof.dr.W.J.H.M.van den Bosch, huisarts (w.vandenbosch@hsv.kun.nl)

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties