Zie ook de artikelen op bl. 1425 en 1435.
De nieuwe NHG-standaard ‘Atriumfibrilleren’ is het resultaat van een gedegen speurtocht naar de wetenschappelijke kennis die op dit moment beschikbaar is over de diagnostiek en de behandeling van atriumfibrilleren.1 Het begrippenkader is helder geformuleerd, met name bij de diagnostiek, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen een eerste aanval van atriumfibrilleren, paroxismaal atriumfibrilleren en chronisch atriumfibrilleren. Dit is belangrijk, omdat het diagnostisch traject bij deze aandoening bijna altijd bij de huisarts begint.
Acuut atriumfibrilleren
Bij een eerste aanval wordt in de standaard geadviseerd 2 dagen af te wachten, omdat spontane overgang naar een sinusritme dikwijls plaatsvindt. Snelle verwijzing binnen 48 uur wordt alleen bij jonge patiënten (arbitrair 2 Daar is op grond van recent onderzoek verandering in gekomen,3 zodat nu frequentiecontrole in plaats van ritmecontrole als de beste behandeling wordt beschouwd. Op dit moment zijn er onvoldoende wetenschappelijke argumenten om…
Reacties