De standaard 'Atriumfibrilleren' van het Nederlands Huisartsen Genootschap; reactie vanuit de cardiologie

Opinie
H.J.G.M. Crijns
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2004;148:1425-6
Abstract

Zie ook de artikelen op bl. 1423 en 1435.

Het herseninfarct vormt de grootste bedreiging bij atriumfibrilleren. De incidentie van het herseninfarct kan teruggebracht worden door tijdige opsporing van atriumfibrilleren gevolgd door antitrombotische behandeling op basis van risicostratificatie. Doordat klachten van aritmie ontbreken, is het herseninfarct bij veel patiënten het eerste symptoom. De NHG-standaard stelt dat preventie van trombo-embolische complicaties een belangrijk behandeldoel is.1

De standaard breekt terecht een lans voor de actieve opsporing van atriumfibrilleren in de huisartspraktijk en adviseert bij het meten van de bloeddruk acht te slaan op het ritme en de wisselende systolische en diastolische bloeddruk. Deze wordt veelal gemeten door de praktijkassistent. Instructie aan alle ‘bloeddrukmeters’ luidt daarom het advies. Voeg daarbij (nog niet in de richtlijn) een ECG-apparaat om het ritme bij gebleken irregulariteit vast te leggen en dit deel van de diagnostiek is compleet.

De NHG-standaard adviseert – net als de…

Auteursinformatie

Academisch Ziekenhuis, afd. Cardiologie, Postbus 5800, 6202 AZ Maastricht.

Contact Hr.prof.dr.H.J.G.M.Crijns, cardioloog (h.crijns@cardio.azm.nl)

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties