Dekinga et al. hebben aangetoond dat spijsverteringsorganen van trekvogels in staat zijn om zich binnen een paar dagen aan te passen aan wisselende levensomstandigheden. Bij de kanoetstrandloper (Calidris canutus) maten zij echografisch de grootte en het (geschatte) gewicht van de spiermaag. Wanneer de dieren vast voedsel (voornamelijk schelpdieren)…
Artikelinformatie
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2001;145:2000
Reacties