De serologische diagnostiek van syfilis; de huidige stand van zaken

Klinische praktijk
R.V.W. van Eijk
H.E. Menke
A. Notowicz
E. Stolz
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1986;130:1173-7

Sinds een overzichtsartikel over de serologische diagnostiek van syfilis in 1977 in dit tijdschrift verscheen,1 hebben zich op dit gebied belangrijke vernieuwingen en accentverschuivingen voorgedaan. In dit artikel wordt daarom een overzicht gegeven van het huidige Nederlandse onderzoekmodel voor de syfilisserologie, de tests die daarvan deel uitmaken en de interpretatie van de uitslagen.

Antistofvorming bij syfilis

Als gevolg van de besmetting met Treponema pallidum worden door het afweersysteem van de gastheer antistoffen gevormd. Op grond van het antigeen waartegen de antistoffen bij syfilisinfecties gericht zijn, wordt een verdeling gemaakt in: (1) antitreponemale antistoffen, gericht tegen antigenen van T. pallidum, en (2) antilipoïdale antistoffen, die waarschijnlijk niet primair door T. pallidum opgewekt worden, maar door het cardiolipine in de cytoplasmatische mitochondriën, die als gevolg van destructie van gastheercellen tijdens de infectie vrijkomen.

In de eerste fase, op zijn vroegst twee weken na het begin van de infectie, kunnen in het…

Auteursinformatie

Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieuhygiëne, Bilthoven.

R.V.W.van Eijk, biochemicus.

Sint Franciscus Gasthuis, afd. Dermatologie, Rotterdam.

Dr.H.E.Menke, dermatoloog.

Westeinde Ziekenhuis, afd. Dermatologie, 's-Gravenhage.

Dr.A.Notowicz, dermatoloog.

Academisch Ziekenhuis Rotterdam-Dijkzigt, afd. Dermatologie, Dr. Molewaterplein 40, 3015 GD Rotterdam.

Prof.dr.E.Stolz, dermatoloog.

Contact prof.dr.E.Stolz

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties