Samenvatting
- Meer dan 50 van de patiënten met een oesofaguscarcinoom krijgt palliatieve behandeling vanwege afstandsmetastasen of doorgroei in omliggende organen. De meesten van deze patiënten hebben voedselpassagestoornissen.
- Patiënten met afstandsmetastasen van een oesofaguscarcinoom en passageklachten worden in Nederland meestal behandeld met een zelfontplooibare stent of intraluminale radiotherapie (brachytherapie). Indien de levensverwachting langer is dan 3 maanden, wordt brachytherapie soms gecombineerd met uitwendige radiotherapie.
- Patiënten met afstandsmetastasen, maar met een goede conditie, komen in aanmerking voor een behandeling met chemotherapie. In geval van lokale tumordoorgroei zonder metastasen kan chemotherapie in combinatie met radiotherapie (zogenaamde chemoradiatie) worden toegepast. Deze behandelingen worden bij voorkeur gebruikt in het kader van geprotocolleerde onderzoeken.
- Kwaliteit van leven is een belangrijke uitkomst bij de palliatieve behandeling van patiënten met een oesofaguscarcinoom. Hiervoor kan men gebruikmaken van gestandaardiseerde en gevalideerde vragenlijsten.
Ned Tijdschr Geneeskd. 2005;149:2775-82
Reacties