De obductie: het laatste, maar ook het eerste consult

Opinie
G.J.A. Offerhaus
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1991;135:971-3

Inleiding

Bij zijn afscheid als hoofd van het Pathologisch Laboratorium van de Rijksuniversiteit te Leiden riep prof.dr.Th.G.van Rijssel in dit tijdschrift ertoe op de obductie als onderzoekmethode in de geneeskunde in ere te herstellen: ‘Wie vergeefs streed voor het leven, heeft recht op een laatste consult’.1 Een dergelijke hartekreet zou, alleen al vanwege degene die hem heeft geuit, serieus genomen moeten worden. Of dat ook het geval is geweest, lijkt twijfelachtig als men de berichten over obductie in ditzelfde tijdschrift 5 jaar later beschouwt.23 Niet alleen in Nederland, maar ook elders in Europa en in de V.S. is er een dalende trend in de obductiefrequentie die vooralsnog onomkeerbaar lijkt.4-6 De redenen waarom het obductiepercentage daalt, komen in de artikelen waarnaar is verwezen uitvoerig aan de orde; hier wordt er niet verder op ingegaan. Suggesties om deze dalende trend in het aantal obducties te keren zijn ook…

Auteursinformatie

The Johns Hopkins Hospital, Department of Pathology, Baltimore, Maryland 21205, USA.

Dr.G.J.A.Offerhaus, patholoog-anatoom.

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties