Samenvatting
Doel
Vaststellen of de incidentie van van insuline afhankelijke diabetes mellitus (IDDM) bij 0-19-jarigen in Nederland in de periode 1988-1990 is gewijzigd ten opzichte van 10 jaar eerder.
Opzet
Retrospectief.
Plaats
Heel Nederland.
Methode
In 1991 werd alle kinderartsen en internisten een enquêteformulier toegezonden om de incidentie van IDDM te bepalen. Van alle nieuwe gevallen van IDDM in 1988-1990, met uitsluiting van zwangerschapsdiabetes en voorbijgaande neonatale diabetes, werd een beperkt aantal gegevens gevraagd. Om de volledigheid van de gegevens na te gaan werd via de Diabetes Vereniging Nederland een enquêteformulier aan de patiënten of hun ouders gestuurd.
Resultaten
De incidentie (per 105jaar) bedroeg voor 0-19-jarigen 13,2 (95-betrouwbaarheidsinterval: 12,6-13,8), voor 0-14-jarigen 12,4 (12,0-12,8). Voor 1978-1980 bedroeg de incidentie respectievelijk 11,0 (10,3-11,7) en 11,1 (10,5-11,7). De incidentie was bij 0-4-jarigen niet gestegen, bij de overige leeftijdscategorieën wel. In alle leeftijdscategorieën behalve die van de 5-9-jarigen was de incidentie bij jongens hoger dan bij meisjes.
Conclusie
Wanneer wordt uitgegaan van de voor leeftijd gestandaardiseerde incidentie voor 1988-1990 was de incidentie van IDDM vergeleken met die in 1978-1980 bij de 0-14-jarigen gestegen met 17 en bij de 0-19-jarigen met 23. De snelheid van toename ondersteunt de hypothese dat omgevingsfactoren belangrijk zijn bij het ontstaan van diabetes mellitus bij kinderen.
Reacties