Samenvatting
Op basis van een enquête onder Nederlandse orthopedisch chirurgen wordt in dit artikel een consensus geformuleerd over de behandeling van de congenitale klompvoet in het eerste levensjaar. Als belangrijkste richtlijn komt daarbij naar voren dat de behandeling van deze afwijking snel dient aan te vangen en moet bestaan uit frequente redressies afgewisseld met immobilisatie. Bij de ernstiger vormen is veelal aanvullend operatieve correctie aangewezen, die bij voorkeur tussen de 4e en 9e levensmaand wordt ondernomen om zo min mogelijk te interfereren met de motorische ontwikkeling van het kind.
Reacties