Samenvatting
Doel
Vaststellen of echografisch onderzoek naar diep veneuze trombose van de benen het diagnostisch onderzoek van eerste keus kan zijn bij klinisch vermoeden van longembolie, ervan uitgaande dat de therapie van trombose en longembolie niet verschilt.
Opzet
Prospectief onderzoek. Plaats. St. Clara Ziekenhuis, Rotterdam. Methoden. Bij 337 opeenvolgende patiënten (157 vrouwen en 180 mannen met een gemiddelde leeftijd van 65 jaar (SD:17,4)) bij wie longembolie werd vermoed, werd zowel compressieechografie van Vv. femoralis en poplitea gedaan om diep veneuze trombose op te sporen, als perfusielongscintigrafie met op indicatie ventilatiescintigrafie. De echogrammen en de longscans werden onafhankelijk van elkaar en geblindeerd beoordeeld. De kostprijs van de onderzoekingen werd berekend.
Resultaten
Trombose werd echografisch gevonden bij 4 (2) van de 208 normale longscans, bij 4 (9) van de 43 niet-diagnostische longscans en bij 30 (35) van de 86 ‘high probability’-longscans. Door de diagnostiek met echografie te beginnen zouden 38 longscans en thoraxfoto's worden bespaard, maar 294 echografische onderzoeken extra worden verricht. Omdat echografieën relatief goedkoop zijn, zou niettemin een kostenbesparing van 3,4 volgen, voor geheel Nederland circa ƒ 1,4 miljoen per jaar. In de V.S. zouden de kosten echter toenemen omdat echografie daar veel duurder is.
Conclusie
Compressie-echografie van de benen kan, in Nederland, het onderzoek van eerste keus zijn bij vermoeden van longembolie omdat het kosteneffectief is.
Reacties