Artsen met een buitenlands diploma in de Nederlandse patiëntenzorg: de nieuwe assessmentprocedure

Perspectief
Th.J. ten Cate
L.R. Kooij
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2008;152:899-3
Abstract

Sinds 1 december 2005 worden artsen van buiten de Europese Economische Ruimte (EER) door middel van een assessment op hun kennis en vaardigheden getoetst voordat zij zich in het BIG-register kunnen laten inschrijven (www.ribiz.nl/diplomaenwerk/buitenlandsdiploma/assessment/assessmentvoor…); de EER bestaat uit de lidstaten van de Europese Unie, inclusief Noorwegen, IJsland, Liechtenstein en Zwitserland). Waarom was een verandering nodig, wat omvat het assessment en welke implicaties heeft dit in nationaal en internationaal verband?

Van de ruim 4000 artsen die in de periode 1997-2007 met een buitenlands diploma zijn ingeschreven in het BIG-register (op grond van de Wet op de Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg; BIG) komt ruim een kwart van buiten de EER. Daarbinnen bestaat op grond van Europese regelgeving onderlinge erkenning van artsdiploma’s. Artsen van buiten de EER hebben een verklaring van vakbekwaamheid nodig. De Wet BIG eist dat zij hetzelfde niveau hebben als de in Nederland opgeleide arts. Sinds kort is de…

Auteursinformatie

Universitair Medisch Centrum Utrecht, Expertisecentrum voor Onderwijs en Opleiding, Postbus 85.500, 3584 CG Utrecht.

Hr.prof.dr.Th.J.ten Cate, medisch onderwijskundige.

Koninklijke Nederlandse Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst, afd. Opleiding en Registratie, Utrecht.

Hr.dr.L.R.Kooij, arts.

Contact hr.prof.dr.Th.J.ten Cate (t.j.tencate@umcutrecht.nl)

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties