Samenvatting
Doel
Het vergelijken van de verandering in foetale en neonatale sterfte in Nederland in 2010 ten opzichte van 2004 met de verandering in andere Europese landen.
Opzet
Descriptief, populatiebreed onderzoek.
Methode
Gegevens van de Euro-Peristat-registratie over de foetale en neonatale sterfte in Europese landen werden geanalyseerd op veranderingen in 2010 ten opzichte van 2004. Hierbij werd Nederland vergeleken met 26 andere Europese landen en regio's. Met internationale verschillen in registratie en beleid werd rekening gehouden door cijfers over foetale sterfte vanaf 28 weken zwangerschap en neonatale sterfte vanaf 24 weken zwangerschap te gebruiken.
Resultaten
De foetale sterfte in Nederland nam af met 33%, van 4,3 per 1000 geborenen in 2004 naar 2,9 per 1000 in 2010; de neonatale sterfte nam af met 21%, van 2,8 naar 2,2 per 1000 levendgeborenen. De perinatale sterfte (de som van foetale en neonatale sterfte) nam af met 27%, van 7,0 naar 5,1 per 1000. In de Europese rangorde verschoof Nederland voor de foetale sterfte van de 23e naar de 13e plaats; voor de neonatale sterfte bleef de plaats gelijk (15e van 22 landen) en voor perinatale sterfte nagenoeg gelijk (van 15e naar 13e van 22 landen).
Conclusies
Zowel de foetale sterfte bij ≥ 28 weken zwangerschap als de neonatale sterfte bij ≥ 24 weken namen af in Nederland tussen 2004 en 2010. De relatief ongunstige positie van Nederland in de Europese rangorde voor foetale en neonatale sterfte verbeterde echter alleen voor de foetale sterfte. Op dat punt neemt Nederland een gemiddelde positie in.
Reacties