Zie ook de artikelen op bl. 977, 987 en 993.
De Gezondheidsraad adviseert de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport vaccinatie tegen Humaan papillomavirus (HPV) voor 12-jarige meisjes op te nemen in het Rijksvaccinatieprogramma (www.gr.nl).1 Voor meisjes van 13-16 jaar wordt een inhaalvaccinatie voorgesteld. Deze vaccinatie is bedoeld voor de preventie van cervixcarcinoom. De raad adviseert verder dat zorgverzekeringen de vaccinatie voor individuele meisjes en vrouwen van 17 jaar en ouder in hun pakket opnemen. Naar verwachting zal de invoering het jaarlijkse aantal nieuwe gevallen van cervixcarcinoom vanaf omstreeks 2025 in Nederland geleidelijk terugbrengen van 700 naar 300 en de sterfte van ruim 200 naar 100. Daarnaast zal ook het aantal afwijkende uitstrijkjes en premaligne afwijkingen dalen van 13.000 per jaar naar 4000. Veel minder vrouwen maken dan op grond van een afwijkend uitstrijkje een angstige periode door en ondergaan medische ingrepen.
Zowel artsen als vrouwen kunnen…
(Geen onderwerp)
Molenend, april 2008,
Collega Boeke stelt in zijn commentaar dat zowel artsen als vrouwen blij kunnen zijn met het advies van de Gezondheidsraad om vaccinatie tegen Humaan papillomavirus (HPV) op te nemen in het Rijksvaccinatieprogramma (RVP) (2008:981-3). Hij stelt dat invoering van vaccinatie een einde maakt aan de ongelijke behandeling van arm en rijk. Wij hadden het toegejuicht als Boeke in zijn betoog aandacht had gevraagd voor de mondiale verschillen tussen arm en rijk en de kansen op baarmoederhalskanker. Meer dan welke andere kwaadaardige nieuwvorming ook, weerspiegelt baarmoederhalskanker de ongelijke verdeling van toegang tot gezondheidszorg in de wereld. Meer dan 80% van de 493.000 vrouwen die jaarlijks baarmoederhalskanker krijgen, woont in lage-inkomenslanden waar therapeutische en palliatieve therapie niet of nauwelijks voorhanden is. Om dus echt een einde te maken aan de ongelijke behandeling van arm en rijk moet HPV-vaccinatie vooral in die landen worden ingevoerd waar de meeste gevallen van baarmoederhalskanker vóórkomen.
De mogelijkheid tot introductie van een HPV-vaccin hangt af van de gezondheidsinfrastructuur van een land en het vermogen om een immunisatieprogramma voor adolescenten duurzaam overeind te houden, waarbij betaalbaarheid, kosteneffectiviteit en culturele acceptatie belangrijke factoren zijn. Voor landen met een bruto nationaal product per inwoner van minder dan 1000 Amerikaanse dollars geldt dat het vaccin ongeveer 2 dollar per dosis mag kosten om vaccinatie zowel betaalbaar als kosteneffectief te laten zijn.1 Uitstel van vaccinatie in lage-inkomenslanden betekent dat er elke 5 jaar tenminste 1,5 miljoen vrouwen extra aan baarmoederhalskanker zullen overlijden.1 Politieke druk om vaccins beschikbaar te stellen aan hen die deze het meest nodig hebben en het minst in staat zijn deze te bekostigen, is hard nodig. Anders gaat het schandalig lang duren voordat een levensreddend vaccin beschikbaar komt voor hen wier stem vrijwel nergens gehoord wordt.
Agosti JM, Goldie SJ. Introducing HPV vaccine in developing countries – key challenges and issues. N Engl J Med. 2007;356:1908-10.
(Geen onderwerp)
Amsterdam, juni 2008,
Collegae Stekelenburg en Schagen van Leeuwen plaatsen het debat dat wij in Nederland voeren over invoering van HPV-vaccinatie in een globaal perspectief. Ik ben gelukkig met hun aanvulling. Het is goed dat zij aangeven hoe groot de incidentie- en mortaliteitsverschillen zijn van baarmoederhalskanker tussen Nederland en lage-inkomenslanden. HPV-vaccinatie in deze landen, vooral in landen met een hoge hiv-prevalentie, kan een grote bijdrage leveren aan de reductie van morbiditeit en mortaliteit ten gevolge van cervixcarcinoom. Ik denk dat ieder het met hun krachtige pleidooi eens kan zijn het vaccin beschikbaar te stellen juist voor deze bevolkingsgroepen.