Casus
Een 33-jarige primigravida was bij een amenorroeduur van 32 3/7 weken vlot bevallen van een zoon. Er was geen sprake geweest van langdurig gebroken vliezen, maar op de dag vóór de vaginale bevalling had zij veel last gehad van druk op het bekken. Direct na de bevalling zagen wij bij haar zoon een fors caput succedaneum, dat enkele dagen later hyperemisch en pijnlijk werd. Vanwege het vermoeden van cellulitis behandelden wij de pasgeborene met intraveneuze antibiotica. Bij echografie van de hoofdhuid werd serosanguinolent extravasaat gezien. De uitslagen van de huid- en bloedkweken waren negatief. Na een week was het…
Reacties