Inleiding
Samenvatting
Doel
Onderzoeken (a) frequentie van het gebruik van patiëntgecontroleerde toediening van remifentanil (remifentanil-PCA) durante partu in Nederland; (b) wat motieven zijn om remifentanil-PCA al dan niet aan te bieden; (c) voor welke vrouwen remifentanil-PCA beschikbaar is; en (d) welke maternale monitoring wordt toegepast.
Opzet
Beschrijvend vragenlijstonderzoek.
Methode
Alle 81 Nederlandse ziekenhuizen met een verlosafdeling ontvingen een vragenlijst over de volgende onderwerpen: (a) beschikbare methoden voor farmacologische pijnbehandeling; (b) motieven van gynaecologen om remifentanil-PCA wel of niet aan te bieden; (c) de doelgroep voor remifentanil-PCA; (d) maternale monitoring; en (e) Perined-gegevens uit 2016. Wij vroegen de ziekenhuisapothekers naar aantallen ampullen remifentanil die zij in de periode 2016-2017 geleverd hadden.
Resultaten
De vragenlijst werd door 81 gynaecologen (100%) ingevuld. In 59 (73%) van de 81 ziekenhuizen was remifentanil-PCA beschikbaar. In deze ziekenhuizen werd remifentanil-PCA bij gemiddeld 23% van de partussen toegepast (uitersten: 16-56%). In 34 (58%) van deze 59 ziekenhuizen was remifentanil-PCA voor alle vrouwen beschikbaar en in 25 (42%) voor een selecte groep. De meest genoemde motieven om remifentanil-PCA beschikbaar te stellen waren ‘de wenselijkheid van een alternatief voor epidurale analgesie’ en ‘op verzoek van zwangeren’, respectievelijk 55 keer (93%) en 46 keer (78%). In ziekenhuizen waar remifentanil-PCA niet beschikbaar was, waren ‘betere pijnbehandeling door epidurale analgesie’, ‘het risico op ernstige maternale bijwerkingen’ en ‘onvoldoende mogelijkheden voor observatie op verloskamers’ de belangrijkste motieven voor dit beleid.
Conclusie
Er is aanzienlijke variatie in de toepassing van remifentanil-PCA durante partu in Nederland. Remifentanil-PCA is in het merendeel van de ziekenhuizen beschikbaar voor alle vrouwen. De belangrijkste motieven van gynaecologen zijn ‘de wenselijkheid van een alternatief voor epidurale analgesie’ en ‘op verzoek van zwangeren’.
Reacties