In de serie ‘Juridische vraag’ geeft een jurist antwoord op een vraag waarvoor artsen in de praktijk vaak worden gesteld.
Vraag
Moet een arts antwoord geven als het AMK belt om informatie over een kind?
Juridische achtergrond
Artsen krijgen vaker dan hen lief is te maken met mogelijke gevallen van kindermishandeling. Dat is ernstig. Daarom is inmiddels algemeen aanvaard dat artsen dan in actie moeten komen. Van artsen wordt allereerst verwacht dat zij de vermoedens bespreekbaar maken met de betrokkenen en zo nodig maatregelen nemen om een eind te maken aan deze situatie. Meer hierover is te vinden in de KNMG-meldcode ‘Kindermishandeling en huiselijk geweld’ uit 2014 (www.knmg.nl/meldcode).
Het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) is een belangrijke partner voor artsen bij het helpen voorkomen en bestrijden van kindermishandeling. Artsen kunnen bij het AMK terecht voor advies of een melding. Het AMK beschikt daartoe over een landelijk nummer: 0900-123 123 0 (€ 0.05 per minuut). De arm van het AMK strekt ver. Het AMK kan kindermishandeling melden bij het…
Wat als het AMK vraagt om informatie over een kind?
De Vereniging Vertrouwensartsen Kindermishandeling (VVAK) is blij dat professor Hendriks in het NTVG (2014;158:B1086) aandacht besteed aan de juridische achtergronden en valkuilen bij informatieverstrekking door artsen op verzoek van het AMK, maar wil enkele nuanceringen aanbrengen op het zeer terughoudende, enigszins wantrouwend overkomende standpunt.
De arm van het AMK strekt niet verder dan het zo nodig indienen van een verzoek tot onderzoek bij de Raad voor de kinderbescherming (RvdK), welke de kinderrechter kan verzoeken om een beschermingsmaatregel (onder toezichtstelling (OTS)), al dan niet met een machtiging uithuisplaatsing. Het is de kinderrechter die dit besluit.
Als artsen als informant worden benaderd door het AMK geldt het wettelijk meldrecht (WJZ, WMO 2015): het belang van het kind mag vóór het beroepsgeheim gaan. Zoals terecht gesteld door professor Hendriks blijft ook bij een meldrecht het uitgangspunt dat informatieverstrekking met toestemming van betrokkenen plaatsvindt. Dit uitgangspunt zien we in de handelwijze van het AMK terug. De start is een gesprek met ouders en/of kinderen waarin altijd toestemming wordt gevraagd voor het opvragen van informatie bij oa betrokken artsen. De reactie hierop zal altijd met de betrokken arts worden besproken door het AMK. De ervaring is dat het vrij uitzonderlijk is dat deze toestemming geweigerd wordt. Indien het opvragen van informatie toch geweigerd is of toestemming vragen niet mogelijk is omdat de veiligheid in het geding is of omdat er geen contact met betrokkene mogelijk is gebleken, dan is het aan de arts om te besluiten al dan niet van zijn/haar meldrecht gebruik te maken. Om deze afweging te kunnen maken, maar ook welke informatie voor het AMK noodzakelijk is qua aard, omvang en relevantie, is het nodig dat er mondeling overleg met het AMK, zo nodig de vertrouwensarts, plaatsvindt.
Het is gebruikelijk dat het AMK het schriftelijke verslag van de uitgewisselde informatie ter goedkeuring aan de betrokken arts voorlegt voordat het wordt opgenomen in het AMK dossier. In dit verslag kan vermeld worden of en door wie er toestemming van betrokkenen is verkregen.
Kindermishandeling is een kwetsbaar onderwerp welke zorgvuldig handelen en overleg vraagt. De wet biedt deze ruimte en daarop wordt door de tuchtrechter getoetst. Laten we dit met elkaar bewaken vanuit vertrouwen, in het belang van het kind.
Lia Jak, vertrouwensarts AMK, namens de VVAK (Vereniging Vertrouwensartsen inzake Kindermishandeling)
AMK en informatie (antwoord auteur)
Mevrouw Jak ben ik erkentelijk voor haar toelichting op de werkwijze van de (vertrouwensartsen bij de) AMK’s. Het is goed te vernemen dat de bij de AMK’s werkzame vertrouwensartsen het belang van zorgvuldige omgang met medische en andere privacygevoelige gegevens onderschrijven. Daaraan bestond overigens mijnerzijds geen twijfel. Problematisch is wel dat vertrouwensartsen bij AMK’s niet altijd even goed zijn ingebed. Bij de vervulling van bepaalde AMK-taken, zoals het stellen van bepaalde vragen aan behandeld artsen of het interpreteren van een melding met medische informatie, is de inbreng van (vertrouwens)arts niet altijd gewaarborgd. Dat zorgt nogal eens voor misverstanden, zo blijkt althans uit de berichten die mij bereiken.
Met ingang van 1 januari dit jaar zijn de AMK’s overigens opgegaan in een nieuwe organisatie, genaamd ‘Veilig Thuis’. Dit is een regionaal georganiseerd advies- en meldpunt voor huiselijk geweld en voor kindermishandeling. Deze organisatie is dag en nacht (gratis) bereikbaar via 0800-2000. Zie ook: www.vooreenveiligthuis.nl
De naam Veilig Thuis komen we in de wet trouwens niet tegen; daarin wordt gesproken over Advies- en Meldpunt Huiselijk geweld en Kindermishandeling (AMHK). Volgens diezelfde wet moeten de Colleges van Burgemeester en Wethouders ervoor zorgen dat bij het AMHK, thans dus Veilig Thuis, voldoende deskundigheid aanwezig is, waaronder in ieder geval de beschikbaarheid van een arts met deskundigheid op het gebied van kindermishandeling. Laten we hopen dat dit bijdraagt aan een effectieve voorkoming en bestrijding van kindermishandeling. Hopelijk zal soortgelijke deskundigheid beschikbaar zijn als het gaat om andere vormen van huiselijk geweld.
Aart Hendriks