Slechter cognitief presteren bij ouderen met kleine cerebrale bloedingen*

Onderzoek
Anouk G.W. van Norden
Heleen A.C. van den Berg
Karlijn F. de Laat
Rob A.R. Gons
Roy P.C. Kessels
Ewoud J. van Dijk
Frank-Erik de Leeuw
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2012;156:A4813
Abstract

Samenvatting

Doel

Cerebrale microbloedingen, behorend tot het spectrum van aandoeningen van de kleine hersenvaten (‘cerebral small vessel disease’ (CSVD)), zijn mogelijk gerelateerd aan cognitief disfunctioneren. Het doel van dit onderzoek is de relatie te onderzoeken tussen cerebrale microbloedingen en het cognitief functioneren, onafhankelijk van wittestofafwijkingen en lacunaire infarcten.

Opzet

Prospectief cohortonderzoek.

Methode

Bij 500 niet-demente ouderen met bekende CSVD werden de aanwezigheid, het aantal en de locatie van microbloedingen beoordeeld op T2*-gewogen gradiënt-echo-MRI-opnames. We bepaalden het cognitief functioneren met verschillende testen. In de statistische analyses corrigeerden we voor verschillen in leeftijd, geslacht, opleidingsniveau, depressieve symptomen, totaal hersenvolume, volume van de wittestofafwijkingen, en aantal lacunaire en territoriale herseninfarcten.

Resultaten

De gemiddelde leeftijd was 65,6 jaar (SD: 8,8) en 57% van de patiënten was man. 52 patiënten (10,4%) hadden microbloedingen. Patiënten met microbloedingen waren significant ouder, hadden een groter volume wittestofafwijkingen en meer lacunaire infarcten (alle p < 0,001). De aanwezigheid en het aantal microbloedingen waren gerelateerd aan een slechtere globale cognitieve functie, tragere psychomotorische snelheid en verminderde aandacht. Microbloedingen in de frontale, temporale en diepe hersengebieden hadden het sterkste verband met cognitief disfunctioneren.

Conclusie

De aanwezigheid van frontaal, temporaal en diep gelegen microbloedingen is gerelateerd aan slechter cognitief functioneren bij niet-demente ouderen, onafhankelijk van andere CSVD-gerelateerde afwijkingen. De beoordeling van microbloedingen moet worden meegenomen in de evaluatie van vasculaire cognitieve disfunctie.

Auteursinformatie

*Dit onderzoek werd eerder gepubliceerd in Stroke (2011;42:3382-6) met als titel ‘Frontal and temporal microbleeds are related to cognitive function: the Radboud University Nijmegen Diffusion Tensor and Magnetic Resonance Cohort (RUN DMC) study’. Afgedrukt met toestemming.

UMC St Radboud, Donders Institute for Brain, Cognition and Behaviour, Nijmegen.

Centre for Neuroscience: dr. A.G.W. van Norden, neuroloog; drs. H.A.C. van den Berg, medisch student; dr. K.F. de Laat; neuroloog (tevens: HagaZiekenhuis, afd. Neurologie, Den Haag); drs. R.A.R. Gons, neuroloog (tevens: Catharina Ziekenhuis, afd. Neurologie, Eindhoven); dr. E.J. van Dijk en dr. F.E. de Leeuw, neurologen en klinisch epidemiologen.

Contact dr. F.E. de Leeuw (h.deleeuw@neuro.umcn.nl)

Verantwoording

Belangenconflict: E.J. van Dijk ontving een fellowshipbeurs van de Hersenstichting Nederland (F2009(1)-16) en zijn instituut ontving een financiële vergoeding van Boehringer Ingelheim. Financiële ondersteuning voor dit artikel: het instituut van F.E. de Leeuw ontving beurzen voor fellowships van Hersenstichting Nederland (H04-12), voor een klinische fellowship van de NWO (40-00703-97-07197) en van Internationale Stichting Alzheimer Onderzoek.
Aanvaard op 19 april 2012

Auteur Belangenverstrengeling
Anouk G.W. van Norden ICMJE-formulier
Heleen A.C. van den Berg ICMJE-formulier
Karlijn F. de Laat ICMJE-formulier
Rob A.R. Gons ICMJE-formulier
Roy P.C. Kessels ICMJE-formulier
Ewoud J. van Dijk ICMJE-formulier
Frank-Erik de Leeuw ICMJE-formulier
Cerebrale microbloedingen en cognitieve disfunctie: causale rol of uiting van onderliggend vaatlijden?
Dit artikel is gepubliceerd in het dossier
Dementie
Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties