Samenvatting
- Het Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG), het Wetenschappelijk Instituut Nederlandse Apothekers (WINAp), de Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie (NVOG) en de Rutgers Nisso Groep gaven onderling verschillende adviezen over de noodzaak tot gebruik van een morningafterpil na het vergeten van de pil. Dit is een ongewenste situatie.
- Uitgaande van het WHO-advies uit 2004 is er nu consensus over de aanbeveling: bij het vergeten van één pil zijn geen speciale voorzorgsmaatregelen nodig. Dit is verreweg de meest voorkomende situatie. De vergeten pil dient zo snel mogelijk te worden ingenomen.
- Het vergeten van meer pillen zal slechts zelden voorkomen. Voor deze zeldzame situaties is vooralsnog het oude advies uit de NHG-standaard ‘Hormonale anticonceptie’ gehandhaafd.
- Bij de WHO is een verzoek ingediend nieuw onderzoek te beginnen om na te gaan of haar huidige advies over het vergeten van meer dan één pil met betere data onderbouwd kan worden.
- Aan de implementatie van de nieuwe aanbeveling wordt gewerkt, zodat een vrouw zoveel mogelijk bij elk loket hetzelfde advies krijgt.
Ned Tijdschr Geneeskd. 2007;151:1923-6
(Geen onderwerp)
Mijdrecht, oktober 2007,
Boukes et al. bespraken recent hoe het WHO-advies uit 2004 over het vergeten van de anticonceptiepil werd vertaald naar een nieuwe Nederlandse aanbeveling (2007:1923-6). Het uitgangspunt was om een eenvoudig en vooral eenduidig advies te formuleren dat de richtlijnen zou kunnen vervangen die gelden in verschillende beroepsgroepen (NHG, Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie, Wetenschappelijk Instituut Nederlandse Apothekers (WINAp), Rutgers Nisso).
De vraag rijst in hoeverre dit doel is gerealiseerd. Zo zal de pilgebruikster die het voor haar bedoelde stroomdiagram, zoals dat is gepubliceerd in het Tijdschrift, naast dat van het WINAp1 legt door het sterke verschil in presentatie niet direct doorhebben dat het om dezelfde richtlijn gaat. Daarnaast zijn er ook inhoudelijke nuanceverschillen tussen de adviezen in geval tenminste twee pillen in de eerste week van de strip vergeten zijn: in eerstgenoemd stroomdiagram wordt aangeraden altijd contact op te nemen met de huisarts, die kan adviseren of postcoïtale anticonceptie (met een morning-afterpil of eventueel een koperhoudend IUD) geïndiceerd is. Het WINAp daarentegen verwijst de vrouw naar apotheek of drogist voor de morning-afterpil plus additionele anticonceptie gedurende 1 week, en geeft slechts wanneer de coitus langer dan 72 h geleden heeft plaatsgehad (het kritieke tijdsinterval voor de morning-afterpil), het advies om de huisarts te consulteren.1
Volgens de auteurs moet hun ‘nieuwe advies nog verwerkt worden in de bijsluiters van anticonceptiepillen.’ Zij gaan daarmee echter voorbij aan het feit dat de ‘bijsluiter’ een document is dat op basis van beschikbare data door de registratiehouder is opgesteld en door de Europese dan wel lokale registratieautoriteit – in Nederland het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG) – is goedgekeurd. Het huidige advies bij het vergeten van de pil is voortgekomen uit overleg tussen de registratiehouders van orale anticonceptiva en het CBG. Bayer Schering Pharma heeft in de WHO-richtlijn geen aanleiding gezien om dit advies aan te passen en heeft evenmin een verzoek tot wijziging ontvangen.
De registratiehouders van orale anticonceptiva zijn niet betrokken geweest bij de herziening van de Nederlandse richtlijn met betrekking tot het vergeten van de pil. Evenals de beroepsorganisaties heeft Bayer Schering Pharma als registratiehouder echter een belangrijke taak en verantwoordelijkheid bij een optimale voorziening van informatie over het gebruik van deze producten. De pilgebruikster is gebaat bij duidelijke, maar vooral ook uniforme voorlichting. Op die manier kan de therapietrouw worden bevorderd en kan het risico van ongewenste zwangerschap worden gereduceerd.
Luinenberg J. WINAP nieuws: zelfzorg bij noodanticonceptie. Pharm Weekbl. 2007;33:38.
(Geen onderwerp)
Utrecht, november 2007,
Wij zijn het geheel eens met de stelling van Klaassen dat de pilgebruikster gebaat is bij duidelijke en uniforme voorlichting. Juist omdat op dit punt hinderlijke verschillen aanwezig waren tussen de richtlijnen van apothekers, huisartsen en gynaecologen, is het nieuwe advies over het vergeten van de pil tot stand gekomen. Het stroomschema zoals dat in het Tijdschrift gepubliceerd is, is niet bedoeld voor patiënten, zoals Klaassen suggereert. Het is bedoeld voor hulpverleners, meestal de huisarts, apotheker of de praktijkassistenten van hen). Ditzelfde geldt voor het schema van het WINAp. Niet de patiënt zelf, maar de apotheker of apothekersassistent past dit toe. Over de nuanceverschillen die Klaassen denkt te signaleren kunnen wij hem geruststellen. Zowel huisartsen als apothekers zullen een vrouw die twee of meer pillen vergeten is in de eerste week van de strip in de eerste plaats de morning-afterpil aanraden, als er in de voorafgaande 72 uur een onbeschermde coitus is geweest. Is een vrouw te laat voor de morning-afterpil, dan wordt gebruik van het spiraal ter sprake gebracht. Dit is in de NHG-telefoonwijzer voor praktijkassistentes op dezelfde manier uitgewerkt als in het WINAp-schema.
Verder willen wij nogmaals wijzen op een andere meerwaarde van het nieuwe advies. Voorheen was een vrouw al bij één vergeten pil nogal eens genoodzaakt een professional te raadplegen. Nu geldt dit pas bij het vergeten van twee pillen of meer. Uit praktijkervaring blijkt dat het vergeten van meerdere pillen achtereen uiterst zeldzaam is. Dit komt doordat een vrouw vrijwel altijd ontdekt dat zij een pil vergeten is vóór of op het moment dat zij een volgende pil moet nemen. De eenvoud van het nieuwe advies aan de pilgebruikster: ‘Neem de vergeten pil zo snel mogelijk alsnog in en ga door alsof er niets aan de hand is’ betekent een grote verbetering.1 Inmiddels is het CBG door het WINAp op de hoogte gebracht van de huidige richtlijn over het vergeten van de pil en de nog bestaande discrepantie met de huidige bijsluiterteksten. Wij willen de firma Bayer Schering Pharma uitnodigen om initiatieven te ontplooien de bijsluiterteksten van orale anticonceptiva aan te passen, zodat de laatste barrière voor het op uniforme wijzen informeren van vrouwen wordt weggenomen.
Tot slot is het duidelijk dat Bayer Schering Pharma het betreurt niet betrokken te zijn geweest bij het samenstellen van de nieuwe richtlijn. Een dergelijke betrokkenheid is echter ongebruikelijk. Richtlijnen moeten gemaakt worden door vertegenwoordigers uit wetenschappelijke verenigingen, die onafhankelijk zijn van farmaceutische bedrijven.
Köhler W. Pil-vergeten-advies. NRC/NRC next september 13 en 14 2007.