Blote voeten

Burak Konya

De voorovergebogen houding, de wandelstok in haar hand en de rimpels die zich gedurende haar leven in haar gezicht hebben verzameld, verraden haar leeftijd. Toch ziet ze er uitzonderlijk goed verzorgd uit. Beter dan ik had verwacht, gezien haar diagnose. Ze blijft in de deuropening staan.

‘Mogen we binnenkomen?’, zegt mijn opleider. ‘Ik ben de huisarts en ik heb iemand in opleiding meegenomen.’

‘Ja.’ Ze glimlacht, maar maakt geen aanstalten om opzij te gaan.

Een oudere man komt erbij. ‘Zullen we de vriendelijke dokters naar binnen uitnodigen?’

Terwijl we het koppel in slakkentempo naar hun woonkamer volgen, valt mijn blik op de vele foto’s die aan de muur hangen. Een foto in een restaurant, waar ze elkaar liefdevol aankijken. Op een andere foto staan ze omringd door een grote groep volwassenen en kinderen. Daarna volgt een verzameling vakantiefoto’s: ik herken in ieder geval de Chinese muur en de Eiffeltoren.

‘Weet je nog wat we de dokters wilden laten zien?’

‘Nee.’

‘Zullen we je schoenen uittrekken, zodat ze je voet kunnen bekijken?’

Ze kijkt haar partner met een wazige blik aan. De huisarts maakt aanstalten om haar schoenen uit te trekken.

‘We maken haar schoenen pas los als ze ons vertrouwt’

‘Nee!’ Ze fronst haar wenkbrauwen en draait een kwartslag in haar stoel.

De huisarts herpakt zich. ‘Uw man heeft mij verteld dat u een dikke rode

voet heeft, daar heeft u weleens last van toch?’

Ze knikt.

‘Ik ben de huisarts. De dokter. Vindt u het goed als we samen even naar uw voet kijken?’ De huisarts maakt geen aanstalten om haar schoen los te maken, maar blijft rustig zitten en wacht op een antwoord.

Ik zie mevrouw even twijfelen. ‘Oké.’

We maken haar schoenen los. De weerstand die er eerst was, is nu verdwenen. ‘Mogen we uw sok ook uittrekken, zodat we de voet kunnen zien?’

‘Nee, laat de sok maar.’

De huisarts glimlacht naar haar. ‘Mogen we uw voet bekijken?’

‘Ja.’

‘Om uw voet te bekijken moet ik uw voet zien, mag ik uw sok uittrekken?’

Mevrouw knikt. Ze heeft er vertrouwen in. Het is goed.

Ik zie hoe een glimlach en een afwachtende houding de weerstand van deze oudere dame doet smelten als sneeuw voor de zon. Het respect dat deze dokter uitstraalt voor een patiënte die al lange tijd dementeert en niet meer veel begrijpt van deze wereld, raakt me.

Bij het afscheid staat de oude dame opnieuw bij de deur, deze keer om ons uit te zwaaien. En dan beschouw ik haar niet meer enkel als iemand met dementie. Maar als een oude vrouw met een lang leven vol ervaringen die, net als elk ander mens, de waardigheid verdient om moeite voor te doen.

 

Burak Konya (25) is zesdejaars geneeskundestudent in Utrecht