Zie ook de artikelen op bl. 6, 9 en 12.
Alvorens aan te geven hoe het bureau vertrouwensarts kindermishandeling signaleert, hoe het over dit probleem denkt en het verder hanteert, is het noodzakelijk te definiëren wat onder kindermishandeling wordt verstaan. Hiervoor gebruikt het bureau vertrouwensarts inzake kindermishandeling, kortweg BVA, de in 1978 door de interdepartementale begeleidingscommissie geaccepteerde definitie: Kindermishandeling is elke vorm van lichamelijke of geestelijke geweldpleging die aan kinderen overkomt, niet door ongeval, maar door toedoen of nalaten van ouders of verzorgers, waarbij letsel bij het kind ontstaat, of redelijkerwijze verwacht mag worden dat dit zal ontstaan.
Het BVA onderscheidt dus lichamelijke en geestelijke kindermishandeling, die in de meeste gevallen gelijktijdig kunnen voorkomen. Een bijzondere vorm is de seksuele kindermishandeling. Bij het BVA wordt incest tussen (stief)vader en dochter het meest gemeld.
Om kindermishandeling te kunnen analyseren, is het van belang niet alleen van de definitie uit te gaan…
Reacties