Welke bloedprodukten geven kans op HIV-besmetting en welke niet?

Klinische praktijk
W.G. van Aken
P.F.W. Strengers
J. Over
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1989;133:1166-9

Inleiding

Het bewijs dat humaan immunodeficiëntie-virus (HIV), het virus dat het verworven immunodeficiëntiesyndroom (AIDS) veroorzaakt, met bloed kan worden overgedragen, is de laatste jaren zowel dierexperimenteel als klinisch overtuigend geleverd. Door gebruik te maken van serummonsters van donors welke waren verzameld voordat screening van donorbloed op antistoffen tegen HIV mogelijk was, is aangetoond dat na transfusie van anti-HIV-positief bloed bij 89-93 van de ontvangers besmetting met HIV voorkomt.1 Ook is in diverse onderzoekingen een verband gelegd tussen het ontstaan van AIDS bij patiënten die een transfusie kregen en het toedienen van bloed met HIV-antistoffen van donors die later zelf AIDS kregen.1

Van de tussen begin 1982 en eind 1988 in Nederland aangemelde 636 patiënten met AIDS was bij 15 een voorafgaande transfusie met vol bloed, bloedcelconcentraten en (of) plasma de enige bekende risicofactor.23 In dezelfde periode werden 6 hemofiliepatiënten met AIDS gemeld, terwijl 13 van de…

Auteursinformatie

Centraal Laboratorium van de Bloedtransfusiedienst van het Nederlandse Rode Kruis, Plesmanlaan 125, 1066 CX Amsterdam.

Prof.dr.W.G.van Aken, internist; P.F.W.Strengers; dr.J.Over, bioloog.

Contact prof.dr.W.G.van Aken

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties