Samenvatting
Bij 5 patiënten, een vrouw van 35 jaar en mannen van 40, 44, 54 en 54 jaar, werd in het Universitair Medisch Centrum Utrecht in de periode 1986-2001 een gemetastaseerd basaalcelcarcinoom van het hoofd vastgesteld. Metastasen werden gevonden in halslymfeklieren, het skelet, de parotisregio en de longen. Alle tumoren waren van het morfeatype of sprieterige type. Bij de behandeling werden excisie en soms radiotherapie toegepast. Twee patiënten overleden, van wie één niet aan de tumor; 2 patiënten waren 24 maanden na de laatste behandeling zonder symptomen en 1 was nog onder behandeling met radiotherapie. Er wordt dikwijls van uitgegaan dat het basaalcelcarcinoom niet metastaseert, maar in de literatuur is de frequentie van metastasering 0,0028-0,55. Een belangrijke risicofactor is de grootte van de tumor. Chirurgische excisie of micrografische chirurgie volgens Mohs verdient de voorkeur bij de behandeling, omdat hierbij de radicaliteit gecontroleerd kan worden. Door het geringe aantal patiënten zijn er geen duidelijke richtlijnen voor de behandeling van patiënten met een gemetastaseerd basaalcelcarcinoom.
Reacties