Samenvatting
- De behandeling van glaucoom is in eerste instantie medicamenteus en geschiedt met β-blokkers, miotica, sympathicomimetica en koolzuuranhydraseremmers.
- Middel van eerste keus is een β-blokker, echter, bij ongeveer 50 van de behandelde patiënten is het effect van β-blokkers na verloop van tijd onvoldoende en is combinatietherapie noodzakelijk.
- Sinds kort zijn er 4 nieuwe geneesmiddelen ter behandeling van glaucoom beschikbaar: apraclonidine, brimonidine, dorzolamide en latanoprost.
- Apraclonidine, een α2-adrenerge agonist, heeft als indicatiegebied kortdurende postlaseroogdrukstijgingen. Bij langere behandeling kan gewenning ontstaan.
- Brimonidine, eveneens een α2-adrenerge agonist, heeft als indicatiegebied glaucoombehandeling op lange termijn; er treedt geen gewenning op.
- Dorzolamide is een lokale koolzuuranhydraseremmer, die de systemische bijwerkingen die na orale toediening van koolzuuranhydraseremmers gezien worden, niet heeft.
- Latanoprost, een prostaglandine-F2α-derivaat, induceert een effectieve oogdrukdaling bij toediening bij monotherapie en doet dat ook in combinatie met andere oogdrukverlagers.
- De nieuwe geneesmiddelen ter bestrijding van glaucoom zijn een gewenste uitbreiding van de medicamenteuze therapie, daar ze in veel gevallen operatieve ingrepen kunnen uitstellen of voorkomen.
Reacties