In 1983 werd de verwekker van het twee jaar daarvoor beschreven ‘acquired immunodeficiency syndrome’ (AIDS) voor het eerst geïsoleerd en geïdentificeerd als lid van de retrovirusfamilie. Aanvankelijk werd het virus LAVHTLV-III genoemd, thans spreekt men van ‘human immunodeficiency virus’ (HIV). Als groep tonen deze virussen een opvallende heterogeniteit op genoomniveau, wat in mindere mate tot uiting komt in de antigeenstructuur. Er bestaan vele varianten, die samen een continuum van verwante stammen vormen.
Vorig jaar werden uit Westafrikaanse patiënten met AIDS retrovirussen geïsoleerd die antigenetisch zo sterk afwijken dat ze als een nieuw type worden beschouwd, dat HIV-2 werd genoemd;1-2 het oorspronkelijke type wordt sindsdien als HIV-1 aangeduid. HIV-2-isolaten blijken een nieuw continuum te vormen met een grotere heterogeniteit dan die van HIV-1.34 Ook een retrovirus uit Afrikaanse apespecies, ‘simian immunodeficiency virus’ (SIV), behoort tot dit tweede continuum.56
In West-Europa zijn bij verscheidene personen antistoffen tegen…
Reacties