Verschuivingen in het soortenspectrum van mycosen in Nederland in het tijdvak 1970-1990

Onderzoek
C.S. Tan
R.G.F. Wintermans
G.S. de Hoog
H.W.B. Engel
E.P.F. IJzerman
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1992;136:631-7
Abstract

Samenvatting

Een overzicht wordt gegeven van in Nederland voorkomende schimmel- en gistinfecties, gebaseerd op enquêtes bij instellingen voor gezondheidszorg. Bij de dermatofyten lijken Trichophyton rubrum en T. mentagrophytes toe te nemen, terwijl Microsporum canis en vooral Epidermophyton floccosum zijn teruggelopen. Candida glabrata wordt opvallend veel aangetroffen bij urineweginfecties. Candida krusei, C. parapsilosis en C. tropicalis nemen in betekenis af. Bij de Aspergillus-infecties verschilt het soortenspectrum bij pulmonale lokalisaties markant van dat van isolaten uit het oor; een geheel andere pathogenese kan worden verondersteld. Het aantal gegeneraliseerde mycosen wordt in Nederland sterk onderschat. Op grond van een steekproef als deze moet met vele tientallen of wellicht honderden gevallen per jaar rekening worden gehouden.

Auteursinformatie

Centraalbureau voor Schimmelcultures, Postbus 273, 3740 AG Baarn. C.S.Tan en prof.dr.G.S.de Hoog, medisch mycologen.

St.Elisabeth Ziekenhuis, afd. Medische Microbiologie, Tilburg.

R.G.F.Wintermans, medisch microbioloog.

Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieuhygiëne, Centrum voor Infectieziektenbestrijding, Bilthoven.

Drs.H.W.B.Engel, dierenarts-microbioloog.

Academisch Ziekenhuis Rotterdam-Dijkzigt, afd. Medische Microbiologie, Rotterdam.

E.P.F.IJzerman, medisch microbioloog.

Contact drs.C.S.Tan

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties