Inleiding
Nierinsufficiëntie draagt in belangrijke mate bij tot de sterfte en morbiditeit van diabetes mellitus. Wij zullen hier vooral het ontstaan en de evolutie van de diabetische nefropathie bespreken, maar de diabeticus heeft behalve de kans deze typische aandoening te krijgen ook een verhoogde kans op een chronische nierziekte, o.a. door verhoogde vatbaarheid voor urineweginfecties, door blaasparalyse als gevolg van neuropathie, of in de vorm van vasculaire nefropathie als gevolg van atheromatose. Viberti definieert de diabetische nefropathie als een nieraandoening die ontstaat nadat minstens 10 jaar diabetes mellitus heeft bestaan en die zich uit door proteïnurie en hypertensie en meestal gepaard gaat met retinopathie, met uitsluiting van andere nierziekten, urineweginfectie en (of) hartfalen.1 Men schat dat 30 à 40 type I-diabetici na 20 jaar aan diabetesnefropathie lijdt; na 40 jaar loopt dit op tot 45. Voor type II-diabetes is het moeilijk juiste cijfers te bepalen door de laattijdige diagnose…
Reacties