Samenvatting
Doel
Vaststellen hoeveel valincidenten zich jaarlijks voordoen in Nederlandse verpleeghuizen en hoeveel fracturen als gevolg van valincidenten.
Opzet
Schriftelijke enquête.
Methode
Alle 371 Nederlandse verpleeghuizen kregen een enquêteformulier toegestuurd waarin werd gevraagd naar het aantal somatische en psychogeriatrische bedden en naar het aantal valincidenten en fracturen als gevolg daarvan in 2000 en 2001.
Resultaten
Van de vragenlijsten werden er 202 geretourneerd (54). Deze waren als volgt verdeeld over de 3 verpleeghuistypen: gecombineerd: 151 (75), somatisch: 15 (7), psychogeriatrisch: 36 (18). De deelnemende verpleeghuizen hadden gemiddeld een capaciteit van 180 bedden. Jaarlijks waren er gemiddeld meer dan 300 gerapporteerde valincidenten per verpleeghuis; in 2000 336 (SD: 180; mediaan 314), in 2001 311 (SD: 165, mediaan 294). Per bed waren er gemiddeld bijna 2 valincindenten per jaar. Het aantal valincidenten per bed was onder de groep psychogeriatrische patiënten groter dan onder de groep somatische patiënten. Er waren per verpleeghuis gemiddeld ongeveer 4 fracturen per jaar als gevolg van valincidenten: in 2000 4,3 (SD: 3,7; mediaan 4,0), in 2001 3,6 (SD: 2,8; mediaan 3,0). Het jaarlijks aantal fracturen door een valincident was gemiddeld ongeveer 23 per 1000 bedden. Gemiddeld had 1,3 van de valincidenten een fractuur tot gevolg. Er waren hierbij geen duidelijke verschillen tussen somatische en psychogeriatrische patiënten.
Conclusie
Het gerapporteerde aantal valincidenten per verpleeghuisbed was gemiddeld bijna 2 per jaar; daarvan had gemiddeld 1,3 een fractuur tot gevolg.
Ned Tijdschr Geneeskd 2005;149:1043-7
Reacties