Dames en Heren,
Er is een groeiende groep mensen met een chronische ziekte die dankzij immuunsuppressieve medicatie weliswaar een toegenomen levensverwachting hebben, maar die vatbaar zijn voor infectieziekten door deze zelfde medicatie. Voorbeelden zijn de antivirale middelen bij hiv-infectie, medicatie voor chronische inflammatoire aandoeningen, of medicatie om afstotingsreacties na orgaantransplantatie te voorkomen. Wat betekent dit voor vaccinatie, bijvoorbeeld wanneer zij een buitenlandse reis willen maken?
Vaccinatie van patiënten die immuunsuppressiva gebruiken is essentieel wanneer zij bijvoorbeeld naar een land willen reizen waar bepaalde infectieziekten endemisch zijn, maar door de immuunsuppressie zal de beschermende werking van vaccins ook worden verminderd. Bovendien kunnen levend verzwakte vaccins, zoals het bof-mazelen-rubella(BMR)-vaccin en het gelekoortsvaccin, niet worden toegediend zolang een patiënt immuungecompromitteerd is. Gezien de afnemende groepsimmuniteit door een wereldwijd dalende vaccinatiegraad lopen met name immuungecompromitteerde personen gevaar, zeker bij reizen buiten Nederland. In deze klinische les illustreren we deze punten aan de hand van twee patiënten.
Patiënt A, een 22-jarige vrouw bij wie enige tijd geleden acute myeloïde leukemie was vastgesteld, werd door de hematoloog verwezen naar ons vaccinatiespreekuur omdat zij 6 maanden geleden behandeld was met chemotherapie in een hoge dosis en lichaamsbestraling, gevolgd door een myeloablatieve allogene stamceltransplantatie. Momenteel gaat het goed met haar, behoudens lichte uitslag op de romp, geduid als graft-versus-hostziekte, waarvoor zij lokaal behandeld…
Reacties