Samenvatting
Doel
Beschrijven van de ontwikkeling in het aandeel vrouwen in de geneeskunde tot nu toe en voorspellen van de situatie in 2027, inclusief berekening van het benodigde aantal artsen.
Opzet
Retrospectieve dataverzameling, beschrijving en analyse.
Methode
Uit gegevens verzameld bij het CBS, de Medisch Specialisten Registratie Commissie, de Huisarts en Verpleeghuisarts Registratie Commissie en de Sociaal-Geneeskundigen Registratie Commissie werd het percentage vrouwen onder studenten Geneeskunde, artsen in opleiding en specialisten tussen 1950 en 2007 berekend. Voor de schatting van het percentage vrouwen onder de praktiserende specialisten in 2027 werden modelberekeningen gebruikt die het Nederlands instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg heeft uitgevoerd voor het Capaciteitsorgaan. Daarbij werd rekening gehouden met werken in deeltijd.
Resultaten
In 1987 was ongeveer 20 van de artsen en 15 van de specialisten vrouw. In 2007 was dit opgelopen tot 40 van alle artsen en 34 van de specialisten. In 2027 zou ongeveer 66 van alle artsen en 55 van de gespecialiseerde artsen vrouw zijn. Door het hogere aandeel vrouwen zouden er in 2027 ongeveer 6 meer praktiserende specialisten nodig zijn en zouden er vanaf nu ongeveer 11 meer specialisten en basisartsen opgeleid moeten worden.
Conclusie
De percentages vrouwen onder artsen en studenten Geneeskunde laten zien dat de geneeskunde inderdaad ‘feminiseert’ en dat dit proces zich in de komende jaren zal voortzetten. Het effect daarvan op het benodigde aantal specialisten en de benodigde opleidingscapaciteit is kleiner dan vaak gedacht wordt. Andere ontwikkelingen, zoals de vergrijzing van de bevolking, bepalen de behoefte aan artsen in sterkere mate.
Ned Tijdschr Geneeskd. 2008;152:2165-71
Reacties