Thiazidediuretica, zoals hydrochloorthiazide en chloortalidon, worden vaak gebruikt ter preventie van recidiverende calciumhoudende nierstenen. Een recente publicatie in het New England Journal of Medicine stelt dit ter discussie. Is de rol van thiazidediuretica ter preventie van recidiverende nierstenen uitgespeeld?
In de placebo-gecontroleerde, dubbelblinde, gerandomiseerde NOSTONE-trial – die elders in het NTvG beknopt is weergegeven (D7687) – werd het effect van hydrochloorthiazide op het ontstaan van recidiverende, symptomatische of radiologisch aangetoonde calciumhoudende nierstenen onderzocht.1 De onderzoekers veronderstelden op basis van eerdere studies dat hydrochloorthiazide een dosis-afhankelijk preventief effect zou hebben op het ontstaan van recidiverende nierstenen. De studie liet echter geen effect zien op het samengestelde eindpunt (symptomatische of radiologisch aangetoonde nieuwe of groeiende nierstenen) en het secundaire eindpunt (symptomatische stenen). Wel was er een afname van radiologische nieuwe of gegroeide nierstenen bij patiënten die 25 of 50 mg hydrochloorthiazide gebruikten. Teleurstellend, omdat de individuele patiënt vooral zal hopen dat de behandeling met hydrochloorthiazide resulteert in een afname van symptomatisch steenlijden. Op het eerste gezicht ontmoedigen deze resultaten het gebruik van thiazidediuretica ter preventie van recidiverende nierstenen.
Hypercalciurie
Hypercalciurie wordt als belangrijke oorzaak van calciumhoudend niersteenlijden gezien…
Reacties