De man met het paarsrode opgezwollen hoofd werd aan mij toevertrouwd in mijn eerste week als coassistent. Zo zag dat er dus uit, vena-cava-superiorsyndroom: stuwing in het hoofd-halsgebied door een dichtgedrukt bloedvat. Hij was stil en gesloten, volgens zijn vrouw een binnenvetter. Voor nader onderzoek moest hij naar het academisch ziekenhuis en ik mocht mee, daar kon je wat van leren. Tijdens de rit werd er niets gezegd. Voor de bespreking werd de coassistent binnen genodigd, terwijl de patiënt op de gang wachtte. Een longarts die de foto’s bekeek, mompelde: ‘Dit is eigenlijk altijd longkanker’.
Ik kromp even in elkaar. Niet vanwege het vonnis, maar omdat het bij verstek werd gewezen.
Na het onderzoek en de uitslag volgde de chemotherapie. Om het effect te beoordelen moesten de coassistenten dagelijks gewapend met een meetlint de halsomvang opmeten.
Zou die verminderen als de therapie aansloeg? Wij hadden de patiënt inmiddels een aantal…
Reacties