Sporters met inspanningsgerelateerde pijn aan de mediale zijde van het onderbeen

Klinische praktijk
F. Hartgens
A.R. Hoogeveen
P.R.G. Brink
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2008;152:1839-43
Abstract

Samenvatting

Bij 2 patiënten werd inspanningsgerelateerde pijn aan de mediale zijde van het onderbeen vastgesteld. De 1e patiënt was een 18-jarige vrouw, die haar sportieve activiteiten sterk had uitgebreid en die nu pijn had aan de binnenzijde van het distale een derde deel van haar linker onderbeen. Zij vertoonde overmatige pronatie. Een 3-fasebotscintigram liet diffuse opname zien over een groot deel van de mediale tibiarand. Hierop stelden wij de diagnose ‘periostalgie’. Zij herstelde met relatieve rust, kuitmassage en inlegzooltjes. De 2e patiënt was een 28-jarige mannelijke duurloper, die na een intensivering van zijn trainingsarbeid pijn aan de mediale zijde van het rechter onderbeen had gekregen. De periode dat hij geen pijn tijdens het hardlopen voelde, was steeds korter geworden en sinds kort voelde de mediale zijde van het onderbeen strak en gespannen aan. Intracompartimentele drukmetingen wezen op een inspanningsgerelateerd compartimentsyndroom van de diepe kuitloge. Patiënt onderging een fasciotomie en herstelde. Bij sporters met inspanningsgerelateerde pijnklachten aan de mediale zijde van het onderbeen gaat het meestal om een aandoening van het tibiaperiost of van de pezen van de diepe kuitmusculatuur, een stressreactie of -fractuur van de tibia of een compartimentsyndroom van de diepe kuitloge. Een chronisch compartimentsyndroom is een indicatie voor operatie, maar de overige aandoeningen hebben een gunstige prognose met conservatieve therapie. Welke therapeutische interventies het effectiefst zijn, is niet bekend, maar een tijdelijke reductie van de klachtenprovocerende sportactiviteiten en het opheffen van de aanwezige risicofactoren zijn aangewezen. Overmatige pronatie van de enkel tijdens het hardlopen wordt gezien als een van de belangrijkste intrinsieke risicofactoren.

Ned Tijdschr Geneeskd. 2008;152:1839-43

Auteursinformatie

Maastricht Universitair Medisch Centrum, capaciteitsgroep Algemene Chirurgie, Polikliniek Sportgeneeskunde, Postbus 5800, 6202 AZ Maastricht.

Hr.dr.F.Hartgens (tevens: Sportmedisch Adviescentrum Maastricht, Maastricht), sportarts; hr.prof.dr.P.R.G.Brink, traumatoloog.

Máxima Medisch Centrum, afd. Sportgeneeskunde, Veldhoven.

Hr.dr.A.R.Hoogeveen, sportarts.

Contact hr.dr.F.Hartgens (f.hartgens@surgery.azm.nl)

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties