Onafhankelijk, multidisciplinair en betrouwbaar

Secundaire besmetting met meticillineresistente Staphylococcus aureus in Nederlandse ziekenhuizen (juli 1994-juni 1996)

Onderzoek
M.I. Esveld
A.S. de Boer
A.J. Notenboom
W. van Pelt
W.J. van Leeuwen
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1999;143:205-8
Abstract
Abstract
Sluiten
Secondary infection with meticillin-resistant Staphylococcus aureus in Dutch hospitals (July 1994-June 1996)

To study the spread of meticillin-resistant Staphylococcus aureus (MRSA) in hospitals, especially secondary MRSA infections in relation to the origin of the MRSA strain and the measures taken regarding contact isolation.

Design

Secondary data analysis.

Methods

As part of the national MRSA surveillance of the National Institute of Public Health and the Environment, data were collected using questionnaires. The analysis covered the period July 1994-June 1996 and was performed for index cases of secondary infections versus sporadic cases. Possible risk factors were determined.

Results

In the study period 30 index cases of (clusters of) secondary infections and 191 sporadic cases were found. The size of the clusters was limited. Strict contact isolation as described in the guidelines of the Dutch Working Group on Infection Prevention prevented secondary infections in most cases. Patients for whom no relation could be found between the MRSA infection and a stay abroad were found to have caused more secondary infections, even when the data were corrected for contact isolation measures.

Samenvatting

Doel

Bepalen van de mate van verspreiding van meticillineresistente Staphylococcus aureus (MRSA) in ziekenhuizen en bepalen van de invloed van de herkomst van de MRSA-stam en van getroffen isolatiemaatregelen op het vóórkomen van secundaire besmettingen.

Opzet

Secundaire gegevensanalyse.

Methoden

Via vragenlijsten die werden verstuurd als onderdeel van de landelijke MRSA-surveillance van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) werden gegevens verzameld. De analyse omvatte gegevens uit de periode juli 1994-juni 1996 en richtte zich op indexpatiënten van secundaire besmettingen versus sporadische gevallen. Mogelijke risicofactoren werden bepaald.

Resultaten

Er werden 30 indexpatiënten van (clusters van) secundaire besmettingen en 191 sporadische gevallen gevonden. De omvang van clusters was beperkt. Isolatie volgens de richtlijnen van de werkgroep Infectie Preventie voorkwam in de meeste gevallen secundaire besmettingen. Patiënten bij wie geen relatie kon worden gelegd tussen de MRSA-besmetting en verblijf in het buitenland, bleken vaker secundaire besmettingen te hebben veroorzaakt, zelfs indien gecorrigeerd werd voor getroffen isolatiemaatregelen.

Artikelinformatie
Aanvaard op

Citeer dit artikel als

Ned Tijdschr Geneeskd. 1999;143:205-8
Vakgebied
Interne vakken
Microbiologie
Auteursinformatie

Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Postbus 1, 3720 BA Bilthoven.

Centrum voor Infectieziekten Epidemiologie: mw.drs.M.I.Esveld (thans: ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, directie Gezondheidsbeleid, Den Haag) en mw.ir.A.S.de Boer, epidemiologen; dr.W. van Pelt, biostatisticus.

Laboratorium voor Infectieziektendiagnostiek en Screening: mw.drs. W.J.van Leeuwen, microbioloog.

Katholieke Universiteit, afd. Biomedische Gezondheidswetenschappen, Nijmegen.

Mw.A.J.Notenboom, student.

Contact mw.ir.A.S.de Boer

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties