Samenvatting
- De standaard ‘Refractieafwijkingen’ van het Nederlands Huisartsen Genootschap beschrijft de onderzoeken die moeten worden uitgevoerd bij patiënten die klagen over een geleidelijk verminderend gezichtsvermogen.
- Visusmeting met een Snellen-kaart is onvoldoende om vast te stellen of de problemen worden veroorzaakt door een refractieafwijking of door een andere oogafwijking, zoals cataract, glaucoom of retinopathie.
- Daarom luidt de aanbeveling dat de visus ook wordt gemeten met een eenvoudig hulpmiddel dat sferische lenzen van +0,5 en –0,5 D bevat: diagnostisch refractioneren.
- Verbetering van de visus met de negatieve lens wijst op myopie. Verbetering of tenminste gelijkblijven van de visus met de positieve lens maakt hypermetropie zeer waarschijnlijk.
- Met het diagnostisch refractioneren, dat kan worden toegepast bij patiënten van 6 jaar en ouder, kan de huisarts patiënten die een bril of contactlenzen nodig hebben onderscheiden van patiënten die naar de oogarts moeten worden verwezen.
Reacties