Samenvatting
-
Aan alle gevallen van cervixcarcinoom ligt een persisterende infectie met het Humaan papillomavirus (HPV) ten grondslag.
-
Na een Pap 2- of Pap 3a1-uitslag volgt na zes maanden een herhalingsuitstrijk met HPV-diagnostiek.
-
Nu de HPV-vaccinatie in het Rijksvaccinatieprogramma (RVP) is opgenomen, zal naar schatting zowel het jaarlijkse aantal ziektegevallen als het aantal sterfgevallen halveren.
-
Na vaccinatie tegen HPV blijft deelname aan het bevolkingsonderzoek noodzakelijk.
-
Geven van borstvoeding is niet langer een reden om geen uitstrijkje te laten maken; wel moet op het aanvraagformulier worden vermeld dat de vrouw borstvoeding geeft.
-
Dunnelaagcytologie is gelijkwaardig aan het klassieke uitstrijkje en biedt de mogelijkheid tot HPV-diagnostiek.
-
De huisarts is verantwoordelijk voor de berichtgeving van een afwijkende uitslag van het bevolkingsonderzoek aan de vrouw.
Reacties