Samenvatting
- Op grond van veranderde inzichten in de diagnostiek en de behandeling van leptomeningeale metastasen van solide tumoren is op initiatief van de Landelijke Werkgroep Neuro-Oncologie en de Nederlandse Vereniging voor Neurologie met methodologische ondersteuning van het Kwaliteitsinstituut voor de Gezondheidszorg CBO een richtlijn opgesteld.
- Er zijn geen neurologische klachten of verschijnselen die als bewijs gelden voor leptomeningeale metastasering en evenmin zijn er pathognomonische MRI-kenmerken. Echter, bij klinische aanwijzingen voor leptomeningeale metastasering bij een patiënt bekend wegens kanker en specifieke MRI-kenmerken is geen verdere diagnostiek nodig om de diagnose te stellen. Bij twijfelachtige MRI- of CT-uitslagen dient men liquoronderzoek uit te voeren.
- Patiënten met leptomeningeale metastasen zonder hersenmetastasen kunnen aan de hand van prognostische factoren (karnofsky-score, ernstige encefalopathie of neurologische uitval, extracraniële ziekte, gevoeligheid van de tumor voor chemotherapie of hormonale therapie) worden ingedeeld in categorieën die de leidraad vormen voor het behandelingsbeleid.
- Als er een perspectief is op zinvolle palliatie, heeft systemische therapie, zo nodig in combinatie met radiotherapie op klinisch relevante lokalisaties, de voorkeur boven intrathecale chemotherapie.
- Wanneer er geen potentieel effectieve systemische behandeling mogelijk is en de primaire tumor potentieel gevoelig is voor methotrexaat, cytarabine of thiotepa, wordt intrathecale chemotherapie in combinatie met lokale radiotherapie aanbevolen.
- Combinatie van intrathecale methotrexaat en gehele schedelbestraling dient vermeden te worden.
Ned Tijdschr Geneeskd. 2007;151:123-8
Reacties