Samenvatting
Doel
Vergelijken welke behandeling het effectiefst is voor de preventie van vasculaire complicaties bij patiënten na een infra-inguïnale bypassoperatie.
Opzet
Multicentrisch, gerandomiseerd, open.
Methode
Er kregen 2690 patiënten uit 77 centra in Nederland na infra-inguïnale bypasschirurgie aselect behandeling toegewezen met orale anticoagulantia (‘international normalized ratio’: 3,0-4,5; n = 1339) of acetylsalicylzuur (80 mg per dag; n = 1351). Er werden 2650 patiënten gemiddeld 21 maanden gevolgd. De primaire uitkomstmaat was occlusie van de bypass. Secundaire uitkomstmaten waren overlijden, myocardinfarct, herseninfarct, amputatie, vasculaire interventie en ernstige bloeding.
Resultaten
In de groep behandeld met orale anticoagulantia occludeerden 308 bypasses, in de acetylsalicylzuurgroep 322 (‘hazard ratio’: 0,95; 95-BI: 0,82-1,11), hetgeen geen verschil in effectiviteit betekent. Orale anticoagulantia hadden een gunstig effect bij patiënten die een veneuze bypass hadden gekregen (hazard ratio: 0,69; 95-BI: 0,54-0,88), terwijl acetylsalicylzuur effectiever was bij patiënten met een niet-veneuze bypass (1,26; 1,03-1,55). Het samengestelde secundaire eindpunt, bestaande uit vasculaire sterfte, niet-fataal myocardinfarct, niet-fatale beroerte of amputatie, kwam 248 keer voor in de orale-anticoagulantiagroep en 275 keer in de acetylsalicylzuurgroep (0,89; 0,75-1,06). Patiënten die behandeld werden met orale anticoagulantia kregen vaker een bloeding dan patiënten behandeld met acetylsalicylzuur: 108 versus 56 (1,96; 1,42-2,71).
Conclusie
Orale anticoagulantia zijn effectiever voor de preventie van veneuze bypassocclusie en lijken iets effectiever te zijn voor de preventie van ischemische gebeurtenissen dan acetylsalicylzuur. Behandeling met acetylsalicylzuur is effectiever voor de preventie van niet-veneuze bypassocclusie en gaat gepaard met minder bloedingen.
Reacties