In dit tijdschrift vragen Stolper et al. aandacht voor de betekenis van het ‘pluis/niet-pluis’-gevoel in de dagelijkse praktijk van de huisarts.1 De auteurs hebben de dappere stap genomen om dit moeilijk te grijpen, maar in de dagelijkse praktijk van artsen veel voorkomende fenomeen, aan wetenschappelijk onderzoek te onderwerpen.
Heel lang zijn de niet of nauwelijks te expliciteren ‘gut feelings’, die – zoals elke ervaren arts weet – in de dagelijkse praktijk een belangrijke rol vervullen, als te zacht onderzoeksmateriaal opzij geschoven. De aandacht was gericht op normatieve besliskunde, op onderzoek naar algemeen probleemoplossende vaardigheden en naar verschillen in het gebruik van medische kennis door artsen en studenten. Pas in de laatste jaren is er meer belangstelling gekomen voor vormen van denken en beslissen die niet of maar zeer gedeeltelijk bewust meegemaakt worden.2
Hoe denken artsen eigenlijk?
Inmiddels bestaat er een redelijke overeenstemming over een gelaagd kennismodel.3 De…
Reacties