Samenvatting
Doel
Het onderzoeken van de effectiviteit van drie pijnbestrijdingsprotocollen bij kinderen, die een (adeno)tonsillectomie ondergaan.
Plaats
Streekziekenhuis het Twenteborg Ziekenhuis te Almelo.
Patiënten en methoden
Bij 64 kinderen met een lichaamsgewicht tussen 15 en 25 kg (gemiddeld 20,4 kg) bij wie een (adeno)tonsillectomie werd verricht volgens de in Nederland gangbaarste procedure (volgens Sluder onder toediening van een dampvormig anestheticum zonder intubatie in dagbehandeling) werden 3 protocollen voor preventie en bestrijding van postoperatieve pijn met de in Nederland meest bruikbare analgetica voor kinderen toegepast. Toestemming van de Medisch Ethische Commissie en schriftelijk informed consent van de ouders werd verkregen. Volgens protocol I werd 240 mg paracetamol gegeven, volgens protocol II 500 mg paracetamol en volgens protocol III 500 mg paracetamol plus 10 mg codeïne, als zetpil, iedere 4 h steeds beginnend 60 min preoperatief. Aanvankelijk werd protocol I uitgevoerd, later vond randomisering plaats van protocol II en III. Na een pilot-onderzoek werd gezien de zeer heftige pijn in een placebogroep om ethische redenen afgezien van een controlegroep in het onderzoek.
Metingen
De effectiviteit van de pijnbestrijding werd geëvalueerd door middel van pijnbepalingen door de kinderen zelf met behulp van de Oucher-test, 1,3 en 6 h postoperatief. De statistische bewerking van de pijnscores van de kinderen werd primair in beschrijvende zin uitgevoerd, waarbij de 3 groepen simultaan werden vergeleken, met gebruikmaking van een enkelvoudige variantieanalyse voor de vergelijking van meerdere groepen. ‘Multiple comparisons’ werden toegepast volgens Ducans ‘multiple range test’. Als significantieniveau werd p ≤ 0,05 aangehouden.
Resultaten
Er was 1 h postoperatief geen significant verschil tussen de gemiddelde pijnscores (0: geen pijn en 10: zeer hevige pijn) van de 3 groepen, respectievelijk 5,2 (SD 3,0),4,7 (SD 2,9) en 4,7 (SD 2,3); 3 uur postoperatief was er een significant verschil tussen de gemiddelde pijnscores van groep I (4,5; SD 2,4) en van groep II (2,7; SD 2,4), echter niet tussen groep I en groep III (3,3; SD 1,5); 6 h postoperatief was er sprake van een significant verschil tussen de gemiddelde pijnscores van groep I (4,1; SD 2,1) enerzijds en van de groepen II (2,1 ; SD 1,5) en III (2,6; SD 1,6) anderzijds.
Conclusie
De resultaten wijzen op de aanwezigheid van hevige pijn direct na het ontwaken uit de anesthesie na (adeno-) tonsillectomie, zoals is terug te vinden in de pijnbepaling door het kind zelf 1 h postoperatief, ondanks het preventief toedienen van een hoge dosering van een ‘klein’ analgeticum volgens elk van de 3 protocollen. Te overwegen valt de anesthesietechniek zodanig te modificeren dat adequate pijnpreventie dan wel pijnbestrijding tot stand kan worden gebracht.
Reacties