Samenvatting
Doel
Evaluatie van het effect van de per 1 april 1993 in het Rijksvaccinatieprogramma geïntroduceerde vaccinatie tegen Haemophilus influenzae type b (Hib) op het vóórkomen van invasieve Hib-infecties bij kinderen.
Opzet
Observationeel onderzoek.
Plaats
Landelijk onderzoek.
Methode
Gegevens verzameld bij actieve surveillance van invasieve Hib-infecties in de pediatrische praktijk via het Nederlands Signalerings-Centrum Kindergeneeskunde (NSCK) werden vergeleken met gegevens van de meningitissurveillance door het Nederlands Referentielaboratorium voor Bacteriële Meningitis (RBM) over de periode oktober 1993 tot september 1994 (11 maanden).
Resultaten
De 139 NSCK-meldingen van invasieve H. influenzae-infecties betroffen: bij 57 alleen meningitis, bij 35 meningitis met sepsis, bij 2 meningitis met artritis, bij 1 meningitis met artritis en osteomyelitis, bij 34 epiglottitis (waaronder 1 met sepsis), bij 8 alleen sepsis en bij 2 alleen artritis. De piek van Hib-meningitis in het 2e levenshalfjaar die vóór introductie van vaccinatie bestond, werd niet waargenomen. Het aantal gevallen van meningitis bij 0-jarigen was lager dan bij 1-jarigen. Alle bewezen infecties door Hib traden op bij niet of onvolledig gevaccineerde kinderen. Eén kind met sepsis had de basisserie van 3 vaccinaties gehad; de geïsoleerde stam werd niet getypeerd. Typering werd verricht in 80 van de H. influenzae-isolaten: 98 was type b. Bij epiglottitiden werd vaak niet adequaat gekweekt en getypeerd.
Conclusie
Het effect van vaccinatie tegen Hib kwam tot uiting in een laag aantal gerapporteerde gevallen van invasieve Hib-ziekte; er was een verschuiving van de piekincidentie: meningitis trad niet meer op bij de 0-, maar bij de 1-jarige kinderen. Hib-infectie werd niet waargenomen bij gevaccineerde kinderen. De pediatrische surveillance van de NSCK biedt een goede mogelijkheid Hib-vaccinatie epidemiologisch te evalueren.
Reacties