Samenvatting
Voor een conferentie op uitnodiging die gehouden werd op 11 september 1996 werden door de Medische Advies Commissie van het College voor de Bloedtransfusie bloedtransfusie-experts, clinici, patiëntenbelangengroepen, het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, de Inspectie voor de Gezondheidszorg, verzekeraars, deskundigen op het gebied van gezondheids- en aansprakelijkheidsrecht en leden van de Vaste Kamercommissie voor Volksgezondheid van de Tweede Kamer uitgenodigd om te spreken over keuzen tussen ‘optimale’ en ‘maximale’ veiligheid in de bloedtransfusie.
Transfusie-experts en medici richten zich op optimale veiligheid, gebaseerd op wetenschappelijke onderbouwing, kosten-batenanalyse en ‘medical technology assessment’.
Gebruikers van bloedproducten zoals mensen met hemofilie kiezen voor maximale veiligheid.
Verzekeraars kiezen eveneens voor maximale veiligheid getuige de risico's die zij willen uitsluiten.
Gezondheidsjuristen adviseren om de weg naar optimale veiligheid te kiezen indien dat de standaardwerkwijze is, maar het financiële verschil met de kosten van maximale veiligheid te reserveren om aansprakelijkheid te dekken.
Politici en het publiek denken eerder aan maximale dan aan optimale veiligheid.
De indruk bestaat dat, hoe klein de risico's statistisch ook mogen zijn, dit kleine resterende risico in de beleving van velen toch onaanvaardbaar is; een beleving die haast onuitroeibaar lijkt.
Reacties