Grofweg een derde van de medicijnen in de huidige pijplijnen van farmaceutische bedrijven bestaat uit oncolytica.1 Van een groot deel van de nieuwe kankermedicijnen is niet duidelijk of ze een meerwaarde hebben voor patiënten.
‘Kil nee voor kankermiddel’, kopt De Telegraaf op 4 oktober 2018. Het dagblad opent met het nieuws dat melanoompatiënten geen toegang meer krijgen tot de immuuntherapie nivolumab. ‘Honderden patiënten de dupe.’
Een commissie van wijzen blijkt verantwoordelijk te zijn voor deze beslissing die patiënten de ‘hoop op overleven genadeloos [heeft] ontnomen.’ Het gaat om de zogeheten Commissie BOM, een afvaardiging van de Nederlandse Vereniging voor Medische Oncologie (NVMO), die zorgverzekeraars adviseert over de effectiviteit van nieuwe kankermedicijnen. De Commissie BOM zou volgens De Telegraaf halstarrig vasthouden aan ‘regels die de commissie ooit met zichzelf heeft afgesproken’. Daarin is vastgelegd dat middelen als nivolumab pas na vijf jaar behandelervaring vergoed mogen worden. Omdat dit medicijn bij een specifieke groep melanoompatiënten nog maar twee jaar wordt gebruikt, voldoet het middel dus nog niet aan de eisen, ondanks de veelbelovende resultaten die al wel voorhanden zijn. ‘Procedureel gekrakeel’, stelt de dienstdoende verslaggever…
Reacties