Ondervoeding in verpleeghuizen dure aangelegenheid

Ondervoeding in verpleeghuizen dure aangelegenheid
Esther van Osselen
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2011;155:C1081

Preventie en behandeling van ondervoeding in verpleeghuizen kost 279 miljoen euro bovenop de 319 miljoen euro die het voeden van verpleeghuispatiënten jaarlijks vergt. Dat is een aanzienlijk bedrag voor de verpleeghuissector en preventieve maatregelen zijn nodig.

Dat concluderen verpleeghuiswetenschappers van de Universiteit Maastricht uit hun schatting van de kosten van…

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties

Dr Judith Meijers en Prof. Dr.
Judith Meijers en Jos Schols

Graag willen wij reageren op het stuk “Ondervoeding in verpleeghuizen, dure aangelegenheid”.

We vinden het goed dat onderzoeksresultaten snel opgepakt en verspreid worden, maar dan moet daarbij wel de juiste boodschap worden gegeven en dat is volgens ons hier niet het geval.

“De letterlijke boodschap die in de NTVG-bijdrage wordt gegeven richt zich erop dat op macroniveau het kostenverschil (2000 euro) weinig gewicht in de schaal zal leggen. Immers, zelfs al zouden alle 12.000 gevallen van ondervoeding worden voorkomen, dan zou dat slechts 24.000 euro opleveren. En dan weten we nog niet wat betere preventie kost. Als alleen kostenoverwegingen een rol spelen, is dus meer onderzoek nodig om investeringen in preventie te verdedigen`.

Ten eerste willen we hier opmerken dat hier een grote rekenfout is gemaakt aangezien 2000 euro x 12.000 gevallen een bedrag van 24 miljoen euro oplevert in plaats van 24.000 euro.

Verdere  nuancering is tevens geboden. Het artikel waaraan dit NTvG-bericht refereert (Clin Nutr 2011; epub 30 augustus), is gericht op het in kaart brengen van de kosten gerelateerd aan patiënten met ‘ondervoeding’ respectievelijk  ‘risico op ondervoeding’  in Nederlandse verpleeghuizen.
Deze kosten zijn gebaseerd op 5  gegevensbronnen: tijdsinzet, interventies en betrokkenheid van verschillende disciplines in de reguliere voedingszorg, en verder  ook de extra kosten verbonden aan de zorg voor verpleeghuispatiënten met een risico op ondervoeding respectievelijk met ondervoeding. Het betreft dus geen integrale kosteneffectiviteitanalyse. Uit een kosteneffectiviteitanalyse zou immers naar voren komen wat de kosteneffectiviteit is van een adequate behandeling van ondervoeding en van de preventie van het risico op ondervoeding. In een dergelijke kosteneffectiviteitanalyse worden de totale kosten van ondervoeding afgezet tegen de kostenbesparingen die het oplevert als het risico op ondervoeding en ook ondervoeding op een adequate wijze worden aangepakt.

De boodschap van het betreffende artikel in Clinical Nutrition is duidelijk, namelijk dat ondervoeding in verpleeghuizen op macroniveau jaarlijks 279 miljoen euro kost; dit betreft de extra zorg voor verpleeghuispatiënten met een risico op ondervoeding respectievelijk met ondervoeding.

De reguliere kosten voor de voedingszorg betreffen 5000 euro per verpleeghuispatiënt per jaar; voor een patiënt met een verhoogd risico op ondervoeding zijn de extra kosten 8000 euro bovenop het reguliere bedrag en voor een ondervoede patiënt betreft dit 10.000 euro extra.

Dr Judith Meijers, Prof Dr Ruud Halfens en Prof Dr Jos Schols, Universiteit Maastricht