Dit artikel is een actualisatie van een eerder verschenen nascholingsartikel over obstipatie (D7657). In de rubriek ’10 vragen over’ beantwoorden experts veelvoorkomende vragen over een bepaald onderwerp. Test je kennis met de onlinetoets!
Obstipatie is een alledaagse klacht in de huisartsenpraktijk en in de tweedelijnszorg. In een beperkt aantal situaties is dit een alarmsignaal voor een ernstige aandoening. Wij bespreken in dit artikel de mogelijke oorzaken van obstipatie, de rol van anamnese en lichamelijk onderzoek, mogelijke aanvullende diagnostiek en de behandeling.
Toets voor nascholing
Aan dit artikel is een toets gekoppeld waarmee je nascholingspunten kan verdienen. De toets is beschikbaar tot 18 maart 2027.
Overzicht van te behalen accreditatiepunten
Specialisme | Punt(en) |
---|---|
Alle BIG-erkende specialismen | 1 |
- Deze toets geldt voor alle BIG-erkende specialismen en levert je 1 nascholingspunt op. De toets is geaccrediteerd door ABAN, NAPA, KNMP en NVZA.
- De toets telt mee binnen en buiten het eigen vakgebied voor medisch specialisten, huisartsen, sociaal geneeskundigen,specialisten ouderengeneeskunde, apothekers en physician assistants. De accreditatie geldt niet voor verpleegkundig specialisten.
- De toewijzing van punten verloopt via PE-online (het herregistratiesysteem) na het invullen van je BIG-nummer.
Een huisarts in een normpraktijk ziet gemiddeld twee patiënten met obstipatie per maand. Obstipatie is voornamelijk een klacht van kinderen tot en met 4 jaar en ouderen boven de 65 jaar. Tijdens de zwangerschap komt obstipatie vaker voor.1,2 De incidentie van obstipatieklachten in de huisartspraktijk is 7,6 per 1000 patiënten per jaar.
Wanneer spreken we van obstipatie?
Patiënten met obstipatie hebben minder dan 3 keer per week defecatie. Defecatie bij obstipatie gaat ook vaak gepaard met veelvuldig persen (‘straining’), een gevoel van onvolledige lediging van de darm, harde ontlasting en soms de noodzaak om de ontlasting digitaal te verwijderen…
Reacties