Samenvatting
Noma is een orofaciaal gangreen dat kan ontstaan bij ondervoede en door ziekten verzwakte kinderen. De aandoening kwam in vroeger eeuwen veel in Nederland voor. De medische historie van noma kent enige belangrijke Nederlandse bijdragen. Carel Baten beschreef de aandoening in 1595 voor het eerst als klinische entiteit, terwijl Cornelis van de Voorde in 1680 de aandoening de benaming ‘noma’ meegaf, in plaats van het toen gebruikelijke ‘waterkanker’. Ook werd een van de eerste gelaatsreconstructies bij noma in Nederland verricht, door Leendert Stelwagen in 1779. Noma verdween in Nederland in de tweede helft van de 19e eeuw als gevolg van een verbeterde voedingstoestand van de armen. Elders in de wereld overlijden heden ten dage jaarlijks circa 110.000 kinderen aan deze in ons land inmiddels vrijwel vergeten aandoening.
Reacties